Ombudsdienst

Kruistocht voor pest-ombudsdienst.

Het Nieuwsblad d.d. 6 januari 2004


Het APT is een grootse petitie-actie gestart tegen pesterijen in het onderwijs. Met 15.000 handtekeningen willen zij een hoorzitting afdwingen in het Vlaams parlement rond de oprichting van een pest-ombudsdienst. “De solidariteit is enorm. Slechts enkelingen weigeren de petitie te ondertekenen”.

Voor een hoorzitting in het Vlaams parlement over de kwestie zijn 15.000 handtekeningen nodig.

Vrijwilligers

“De meest concrete aanleiding voor de petitie-actie zijn de pesterijen in een basisschool in Overpelt, ondermeer in de tv-programma’s “Telefacts” en “Recht van Antwoord”.. “De directie van die school wil op geen enkele manier met de ouders van de gepeste leerlingen praten. Ik heb mijn diensten aangeboden om als neutraal bemiddelaar tot een dialoog te komen. Maar de directie weigert elk gesprek.”

Solidariteit

Na zowat twee weken markten en winkelstraten in heel Vlaanderen afschuimen, hebben de actievoerder al 10.400 handtekeningen verzameld. De actie loopt tot eind januari, maar ze hopen volgend weekend de kaap van de 15.000 te kunnen ronden.
“Zaterdag trekken we met twee team naar Hasselt en Gent”, zegt Marc Van Roosbroeck enthousiast. “Als we er met z’n allen nog eens flink tegenaan gaan, moeten we aan 15.000 handtekeningen kunnen geraken. De solidariteit bij de mensen is in elk geval enorm groot. Wat opvalt zijn de uitgesproken positieve reacties van ondertekenaars die zelf van nabij een mobbingverhaal hebben meegemaakt. Heel wat mensen vragen of ze een blanco lijst kunnen meekrijgen om aan vrienden en familieleden aan te bieden. En ook talloze handelaars toonden zich bereid om een petitielijst op te hangen in hun zaak.”

(Stefaan Croonen)

-------------------------------------------------------------------


 


 


Gepeste leerkrachten eisen ombudsdienst

(Het Nieuwsblad 31 augustus 2004)

Dat leerlingen elkaar op school vaak vreselijk pesten, is geweten. Maar tussen leerkrachten en hun directies gaat het er soms net zo ongenadig aan toe. De actiegroep ,,Het-anti-pest-team-op-school'' vraagt daarom de oprichting van een ombudsdienst, waar niet alleen leerlingen en ouders, maar ook gepeste en/of uitgerangeerde leerkrachten met hun verhalen terecht kunnen.

Aan voorbeelden van gepeste leerkrachten heeft het anti-pestteam geen gebrek. ,,Dat gaat zover dat sommige directies zelfs geld vragen om je persoonlijk dossier in te kijken'', zegt een ontslagen leerkracht uit de Kempen, die zijn naam liever niet in de krant ziet. ,,Kijk maar.'' Hij toont een recente brief van de directeur van de Scholengroep Kempen. ,,Geachte heer,'', zo schrijft de directeur, ,,indien u in de toekomst uw dossier nog wenst in te kijken, vragen wij u een vergoeding van 60 euro. Indien u wenst gebruik te maken van de diensten van een personeelslid betaalt u 50 euro per prestatie en per uur.''

De leerkracht heeft zijn ontslag gekregen en wordt vanaf 1 februari 2005 werkloos.

Werk genoeg dus voor de gevraagde ombudsdienst waarvoor het anti-pestteam zopas 22.222 handtekeningen verzamelde. Het team vraag ook een parlementaire onderzoekscommissie om een dertigtal dossier tot op het bot te onderzoeken. De groep krijgt de steun van Vlaams parlementslid Kris Van Dijck (N-VA): ,,Zelfs al is maar 10 procent van deze verhalen waar, dan nog dringt een onderzoek zich op, want er schort iets aan het systeem voor de behandeling van klachten.'' (HHM)

-------------------------------------------------------------------

Gepeste leerkrachten willen ombudsdienst.

(Gazet van Antwerpen d.d. 31 augustus 2004)


Voor de tweede keer is het anti-pest-TEAM-op-school erin geslaagd voldoende handtekeningen te verzamelen om een parlementaire hoorzitting af te dwingen. Hiermee wil het team de oprichting verkrijgen van een neutrale ombudsdienst met verregaande onderzoeksbevoegdheid voor alle Vlaamse onderwijsnetten. Initiatiefnemer is de Lierse onderwijzer Marc Van Roosbroeck. Hij werd naar eigen zeggen door zijn directie de school uitgepest en heeft noodgedwongen een andere job moeten zoeken. Hij verzamelde tientallen getuigenissen van onderwijsmensen die soortgelijke schrijnende verhalen met collega's of directie hadden meegemaakt. Dit resulteerde in het boek De pest op school en in twee hoorzittingen in het Vlaams Parlement. Maar een ombudsdienst kwam er voorlopig niet.
Het AntiPestTeam is ondertussen versterkt met ouders van gepeste en gediscrimineerde leerlingen.


----------------------------------------------------------




 


 

Het Laatste Nieuws d.d. 16 december 2003

LIER

“Jelle, Brian, Olivier … Jullie krant puilde de voorbije weken uit van kinderen die gepest worden op school. Het ene geval al schrijnender dan het andere. Al dat gepest op school moet zo snel mogelijk ophouden.” “Onze vraag? De oprichting van een pest-ombudsdienst’, waar ouders van gepeste kinderen steeds terecht kunnen voor jridische en psychologische hulp voor hun kinderen. De overheid moet het probleem nu maar eens daadwerkelijk aanpakken.” “Op het hoogste beleidsniveau worden de gevolgen van pesten op school blijkbaar nog altijd onderschat, terwijl die ongemeen zwaar kunnen zijn. Denk maar aan Nico Smans, de jongen van 20 die onlangs veroordeeld werd voor roofmoord (op de 71-jarige Gilbert Stynen uit het Antwerpse Borsbeek, red.). Als kind bleek hij genadeloos gepest op school, enkel omdat hij de zoon van een prostituee was. Niet dat die pesterijen rechtstreeks naar zijn misdaad leidden, maar het bewijst hoe fout het uiteindelijk wel kan lopen met de gepeste kinderen.”

15.000 slachtoffers

‘Dat pesten moest al lang de wereld uit zijn’, klonk het voortdurend. Bovendien: als elke ouder van een gepest kind in Vlaanderen handtekeningen helpt inzamelen, zitten we in een mum van tijd aan 15.000. Zoveel slachtoffers zijn er op onze scholen.

Het verhaal van Bart

Om de druk op de overheid nog wat op te voeren werkt men ook aan een boek rond pesten op school. Centraal daarin is het verhaal van Bart, een jongen uit het Antwerpse die zich eind 2000 voor de trein gooide. Hij was achttien en moe gepest. “Slachtoffer sinds de kleuterschool." “Aan een gecompliceerde geboorte had Bart een gehandicapte schouder overgehouden, waardoor hij zijn hele jeugd in de vuurlinie kwam te liggen. Omdat Bart geen crack was in sport, trok een geërgerde leraar lichamelijke opvoeding ooit in het bijzijn van de andere leerlingen Barts trainingspak en onderbroek uit. Het perfecte ‘voorbeeld’ voor de klasgenootjes: sindsdien trokken zij op de speelplaats voortdurend Barts kleren aan stukken. Gevolg was Bart ’s ochtends pas de schoolpoort binnenstapte als het belsignaal klonk en hij zich tijdnes speeltijden op het toilet verstopt. (stil) Hij is het nooit meer te boven gekomen.

Rol van leerkrachten

Ook in andere getuigenissen die we optekenden, spelen leerkrachten vaak een bedenkelijke rol: “Om haar veertigste verjaardag te vieren, nam een lerares haar leerlingen mee naar een hamburgerrestaurant. In de klas zat ook een jongetje dat al de hele tijd flink gepest werd om zijn arme én gescheiden ouders. Tijdens de maaltijd vond de lerares het nodig te vermelden dat voor de zoon van gescheiden ouders een bezoek aan een hamburgerrestaurant ‘ongetwijfeld’ een bijna alledaagse gebeurtenis is. Meer aansporing hadden de pestkoppen natuurlijk niet nodig om hun pesterijen te verhevigen. Het kind is uiteindelijk bij de psychiater beland, nadat het weer was beginnen bedwateren.”

(Stefan Vanderstraeten)

-------------------------------------------------------------------


 

'Gepeste leraars zijn geen zielepoten'
door Johan Tits in

De Tijd: d.d. 31 augustus 2002.

'Ik zou eerder een encyclopedie moeten uitgeven dan een boek', stelt de nu 45-jarige vastbenoemde, onderwijzer M. uit Lier. Zelf preventief geschorst en al sinds 1990 op oorlogspad bekommert hij zich vandaag meer dan ooit om het lot van zijn soortgenoten. En dat zijn er nogal wat. M. verzamelde meer dan driehonderd getuigenissen. Stuk voor stuk van gepeste mensen en enkel en alleen afkomstig uit de onderwijssector. Leerkrachten maar ook directeurs en onderhoudspersoneelsleden kunnen hun verhaal kwijt in het boek 'Collega's pesten. Schrijnende getuigenissen over pesterijen, zelfmoordpogingen en effectieve zelfmoorden in het Vlaamse onderwijs'. Dat verschijnt in het najaar. 'Een aantal mensen zullen er niet meer van kunnen slapen', stelt de auteur.

In het onderwijs zijn niet alleen leerlingen het slachtoffer van pesterijen door hun klasgenoten of leraars. Vaak worden de onderwijsmensen zelf gepest maar hun vaak schrijnende verhalen komen maar zelden aan de oppervlakte. 'De verklaring is simpel', schiet M. van wal die net in die situatie veandering in brengen. 'Als twee leerkrachten met elkaar een conflict hebben en elkaar pesten, roept de directeur die twee mensen bij hem en is het probleem opgelost. Als een leraar echter gepest wordt door een hoger geplaatste zoals de directeur, kan de leraar dat als ondergeschikte enkel melden aan de inrichtende macht van de school en dit via de de hiërarchische overste. Die laatste is de directeur. Dat is de wereld op zijn kop. De inrichtende macht zijn in het Gemeenschapsonderwijs de scholengroepen en in het Vrij Onderwijs de Raad van Bestuur van de school in kwestie', aldus Van Roosbroeck. Hij stelt dat de pestkoppen in negentig procent van de gevallen hoger geplaatsten zijn. Dat kunnen naast directeurs ook inspecteurs zijn of mensen uit de inrichtende macht zoals een beheerder van een internaat. 'De overige tien procent zijn leerkrachten die hun directeur het leven onmogelijk maken door bijvoorbeeld dienstnota's spoorloos te laten verdwijnen of zich bewust niet aan afspraken houden'. Het meest voorkomende pestprobleem situeert Van Roosbroeck meteen ook in de tijd. 'Enkele jaren geleden was er een overschot aan onderwijsmensen. Toen werden mensen eruit gewerkt omdat ze niet juiste partijkaart hadden. Bovendien speelde vriendjespolitiek een grote rol. Dit bestaat nu nog maar er is niettemin een verschuiving van het probleem door het hudige tekort aan leerkrachten. Vandaag bestaat het grootste probleem uit (morele) druk van de directie op de leerkrachten. Scholen worden immers door de overheid doorgelicht en dat bezorgt de directie heel wat stress. Van de kant van het onderwijzend personeel gaat het dan weer niet enkel om de naleving van het leerplan maar alles wat je er nog bij moet doen. De leerlingen moeten bijvoorbeeld in het lager onderwijs elke week individuele contractjes krijgen en ook de huistaken dienen aan het niveau van de leerling te worden aangepast. Ik stel vast dat de directie vaak niet goed kan omgaan met die druk. Wie zich dan als leerkracht te assertief of te kritisch gedraagt, vliegt eruit'.

Ombudsdienst

'Mijn drijfveer en tegelijk mijn probleem is dat ik niet tegen onrecht kan. Ik ben als zoon van zelfstandige ouders rechtlijnig opgevoed op de boerenbuiten', legt Van Roosbroeck uit die vijfentwintig jaar actief is als onderwijzer in het Gemeenschapsonderwijs. 'Het ultieme doel van onze strijd is een positieve oplossing van het pestprobleem in het onderwijs. Daarom streven we naar de oprichting van een neutrale, onafhankelijke en objectieve ombudsdienst. Die moet juridische bevoegdheid hebben voor alle netten van het Vlaamse onderwijs. Bernard Hubeau, de ombudsman van de Vlaamse Gemeenschap, heeft ons zelf schriftelijk gemeld dat hij in deze materie geen enkele bevoegdheid heeft. Ook de vzw Limits, waarnaar minister van Onderwijs Marleen Vanderpoorten altijd gepeste onderwijsmensen verwijst, kan niet tussenkomen, als één van de twee partijen, vooral dan de pestkop, niet wil meewerken'. Van Roosbroeck stampte in 1996 samen met zijn collega-technisch leraar Gust Lambreghts een zelfhulpgroep uit de grond en treedt vandaag op als de spreekbuis van een groep gelijkgezinde onderwijsmensen. Zij noemen zichzelf 'ons clubje' en hebben dit gemeen dat ze zich stuk voor stuk zeer onheus behandeld voelen en bij Marleen Vanderpoorten ondanks herhaalde pogingen geen gehoor vinden. 'Wij heten 'ons clubje' omdat een topambtenaar van het Gemeenschapsonderwijs mij enkele maanden geleden smalend vroeg hoe het met mijn clubje gesteld was. Die naam past perfect bij ons omdat we op die manier zeer herkenbaar zijn. Toch zijn we geen clubje zielepoten en willen we ons ook niet rancuneus gedragen. Bovendien mag iedereen van ons aan het woord komen inclusief Marleen Vanderpoorten. We hebben haar zelfs gevraagd om een bijdrage te leveren tot ons boek. Zij zou toch minstens het initiatief moeten nemen om aan dit fundamentele probleem van het Vlaamse onderwijs iets te willen doen', stelt Van Roosbroeck.

Origine

Het idee om de talrijke getuigenissen in een boek te bundelen, ontstond bij M., toen hij de boeken 'Mobbing of pesten op het werk' (Manteau, 2001) van Sonja Emmerechts en 'De last van het leven. Zelfmoord in België en Nederland' (Manteau, 2000) van Bart Demyttenaere las. 'Ik heb met de auteurs contact opgenomen en hen gevraagd een bijkomend boek te schrijven over pesten in het onderwijs. Telkens kreeg ik van hen het antwoord dat ik het beter zelf kon doen omdat ik dan een échte ziel in mijn schrijfsel kon leggen. Ook door 'ons clubje' werd ik enorm gestimuleerd om zelf de handen in elkaar te slaan. Om die reden heb ik eind april van dit jaar in de pers een bijkomende oproep gelanceerd om getuigenissen van gepeste collega's te verzamelen. Dat heeft alles in een stroomversnelling gebracht', aldus M. Op dit ogenblik is hij naar eigen zeggen in het bezit van veertig uitgetypte verklaringen op een totaal van driehonderdzestig getuigenissen. Op 11 september, een volgens M. symbolische datum, zet hij een punt achter de selectie. Het boek bevat vijfendertig verhalen van vooral leerkrachten maar ook van directeurs en onderhoudspersoneel. 'Het resultaat valt uiteen in drie hoofdstukken. In het eerste deel brengen we een twintigtal anonieme getuigenissen. We brengen die verhalen authentiek en niet in een samengevatte vorm. Het zijn verhalen, waarin iedereen zich kan herkennen inclusief de pestkop. Bij de gepesten zijn de leerkrachten in aantal de grootste slachtoffers. De leraars, die door hun leerlingen gepest worden, maken overigens maar één tot twee procent uit. Toch brengen we in het boek het verhaal van een leraar, die na drie dagen afwezigheid gedwongen werd om in het bijzijn van directeur en leerlingen een video te bekijken. Daarin vertellen de leerlingen alles wat slecht was over de betreffende leraar. De man is meteen uit het onderwijs gestapt', aldus M. 'Naast de verhalen van leraars hebben we ook vier getuigenissen van gepeste directeurs, waarvan we er één in het boek opnemen. Bedoeling is niet dat we het resultaat zo spannend mogelijk maken en de getuigenissen van de leerkrachten of directeurs onderling vergelijken. Wij zijn niet uit op sensatie maar willen alleen levensechte verhalen brengen', stelt Van Roosbroeck. 'Het tweede deel van het boek bevat eveneens vijf anonieme verhalen die eerder al in de pers zijn verschenen maar nu opnieuw in herinnering worden gebracht. In het derde hoofdstuk pakken we uit met tien verhalen van de echte stouterikken. Hierbij staan telkens naam, toenaam en e-mailadres van mezelf en mijn gepeste collega's vermeld'.

Objectiviteit

M. verzamelt niet alleen de getuigenissen van gepeste collega's maar gaat ook het waarheidsgetrouwe karakter van de verklaringen na. 'We hebben subtiele pogingen gedaan om twee pestkoppen met de getuigenissen te confronteren. Daarnaast wilden we zelf ook een pestkop aan het woord laten. Daar zijn we telkens niet in geslaagd. We moesten het dus over een andere boeg gooien. Alle mensen, die hun verhaal in het boek kwijt willen, krijgen van mij een schriftelijke verklaring. Ik engageer me daarin dat hun privacy volledig wordt gewaarborgd. Als tegenprestatie bezorgen ze mij een eigenhandig geschreven verklaring waarin ze garanderen dat hun verhaal levensecht is. Wanneer we ook maar de minste twijfel hebben over het verhaal, nemen we het niet op', stelt M.

Economie

'Vele vastbenoemde leerkrachten van het lager en secundair onderwijs in Vlaanderen worden immers na twintig jaar dienst door de directie plots bedacht met een onvoldoende op hun evaluatieverslag. Dat zijn zowel mensen met twintig jaar dienst als onderwijsmensen die te assertief, te mondig of te kritisch zijn en leerkrachten die niet met hun directeur naar bed willen. Dan krijgen ze de keuze : acht maanden intensieve begeleiding door een pedagogisch adviseur, die vroeger inspecteur heette, of alle ziekendagen opnemen. Wordt voor de begeleiding gekozen, komt er na acht maanden een nieuwe evaluatie door directeur én pedagogisch adviseur. Als één van de twee personen besluit dat de leerkracht onvoldoende functioneert, vliegt hij aan de deur. Voor een vastbenoemde is dat geen ontslag op staande voet maar er volgt een uitloopperiode van een aantal maanden waarin de leerkracht geen les meer mag geven. Hij wordt bovendien in een andere school geplaatst waarin hij enkel nog administratieve taken mag doen. Je kan in alle netten van het onderwijs tegen zo'n onvoldoende op je evaluatieverslag beroep aantekenen. Die beroepsinstanties blijken helaas meestal lege dozen. Bovendien is er een groot en vooral ondemocratisch onderscheid tussen de beroepsprocedure van het Gemeenschapsonderwijs en die van het Vrij Onderwijs. Wie in het Vrij Onderwijs gepest of onheus behandeld wordt, kan meteen naar de Arbeidsrechtbank stappen. Gevolg is dat je een half jaar na de feiten al terug voor de klas kan staan. In het Gemeenschapsonderwijs ben je verplicht om eerst de beslissing van de Raad van Beroep van het Gemeenschapsonderwijs door de Raad van State te laten vernietigen. Pas daarna kan je naar de Rechtbank van Eerste Aanleg om een schadevergoeding te eisen. Als je die krijgt, wordt er meestal nog beroep aangetekend. In het Gemeenschaps Roosbroeck.
------------------------------------------------------


 



Gepeste leraars vragen ombudsdienst.

De Standaard d.d. 25 april 2002


LIER - Het onderwijs heeft nood aan een ombudsdienst waar leraars die het slachtoffer zijn van pestgedrag terechtkunnen. Zo’n dienst kan klachten onderzoeken en er het gepaste gevolg aan geven, of eventueel bemiddelen.
Enkele leerkrachten die vinden dat ze gepest zijn, hebben zich verenigd in “een clubje”. De groep telt momenteel 27 leden, de meesten willen anoniem blijven. Ze hebben dit jaar al twee aangetekende brieven gestuurd naar de minister van onderwijs, Marleen Vanderpoorten. Ze vroegen een onderhoud, maar kregen nog geen antwoord. Ook van de minister van Volksgezondheid, Magda Aelvoet, kregen ze geen respons.
“We willen niet per se ons persoonlijk verhaal vertellen aan de minister: we willen een constructief gesprek over de problematiek”, zegt Marc Van Roosbroeck, woordvoerder van de groep. “We hebben wet van drie zelfmoordgevallen, we willen niet dat pestgedrag in onderwijs tot een vierde zelfmoord leidt. Als het toch zo ver zou komen, klagen we Vanderpoorten aan wegens schuldig verzuim.”
Van Roosbroeck haalt verhalen aan van collega’s die zijn “buitengepest door collega’s, directeurs en/of inspecteurs”. “Je kan daar nergens mee terecht”, stelt hij. “Wie in het vrij onderwijs werkt, kan enkel naar de arbeidsrechtbank stappen en wie in het gemeenschapsonderwijs lesgeeft, moet verhaal halen bij de Raad van State. Die stap is veel te groot.”
De vereniging pleit voor een ombudsdienst waar mensen uit het onderwijs terechtkunnen met klachten over pestgedrag. Van Roosbroeck: “Die dienst moet in de eerste plaats luisteren, en dan een neutraal en objectief onderzoek instellen. Dat kan gebeuren door een onafhankelijke commissie bijvoorbeeld. Die kan eventueel bemiddelen. Zo kan de ombudsdienst de zaken filteren: op valse klachten moet een sanctie volgen voor de indiener en op terechte klachten moet een sanctie tegen de pesters volgen. Wie het daarmee niet eens is, kan nog naar de rechtbank stappen. Maar nu moet je dat meteen doen.” (adl)

-----------------------------------------------------------